Donderdagochtend werd ik geïnterviewd voor een reportage in een magazine. Tijdens het gesprek werd mij gevraagd wat de persoonlijke reden is, om met mijn verhaal naar buiten te treden. Het is een vraag die herhaaldelijk wordt gesteld. Ik merk dat het best ingewikkeld is om hier een kort en bondig antwoord op te geven. Er zijn namelijk meerdere redenen om dit te doen…

Vanaf de geboorte kreeg ik te horen dat ik een ongelukje was en nooit geboren had mogen worden.  Aandacht en liefde heb ik nooit gehad. Ik was het moeilijke kind en alles wat fout ging, lag aan mij. Ik was ontzettend loyaal naar mijn ouders. Vaak wist ik niet eens, wat ik fout had gedaan en waarom ik werd gestraft. Toch voelde ik me schuldig en schaamde ik me voor mijn slechte gedrag. Vanaf het moment dat ik uit huis werd geplaatst, werd het verlangen naar mijn ouders steeds groter. Ik had veel last van heimwee en wilde net als ieder kind, bij mijn ouders wonen. Heel af en toe mocht ik naar huis bellen. Ik huilde alleen maar en zei: “Mamma, kom me alsjeblieft halen, ik zal altijd lief zijn”.  Mijn moeder gaf geen enkel respons en verbrak de verbinding.

In het pleeggezin waar ik terecht kwam, ging het net zo.  Vanaf de eerste dag kreeg ik te horen dat ik het lastige kind was. Mijn ouders hadden mij immers niet voor niets uit huis geplaatst.  Ik moest dankbaar zijn voor het feit dat zij mijn pleegouders mij in hun gezin hadden opgenomen. Ik moest doen wat me werd opgedragen om te voorkomen dat ik zowel psychisch als fysiek werd mishandeld. Wanneer ik werd mishandeld, had ik het er zelf naar gemaakt.  Ik moest dankbaar zijn voor het seksueel misbruik omdat dit de manier was waarop hij me liet merken dat hij “lief voor me was”. Mijn lichaam werd verkocht aan wildvreemde mannen omdat ik “mijn eigen kost moest verdienen”.  Doordat ik was gehersenspoeld, dacht ik dat dit normaal was en dat het er allemaal bij hoorde.

Praten over de thuissituatie, was verboden. Wanneer er ook maar een vermoeden was dat ik erover had gesproken, had dit consequenties. Sowieso zou niemand mij geloven aangezien zij, de welwillende pleegouders waren en ik, het lastige kind was. Het was inderdaad een feit dat er mensen waren, die mij niet geloofden. Wanneer ik naar mijn geschiedenis kijk, is het ook bijna niet te geloven wat ons allemaal is overkomen. Jarenlang hebben we geprobeerd, alles te ontkennen. Het leek de makkelijkste manier om ermee om te gaan. Voor de daders ligt dit natuurlijk heel anders. Zij hadden er alleen maar baat bij dat niemand ons zou geloven.

Tijdens mijn vrijwilligerswerk op een kinderdagverblijf zag ik hoe ouders met hun kinderen omgingen. De liefde en aandacht die zij voor elkaar hadden, waren totaal onbekend voor mij. Ik twijfelde zelfs of dit wel echt was. Ouders van een kindje uit mijn groep vroegen mij of ik bij hen thuis wilde oppassen. Ik vond dit heel erg eng omdat ik niet wist hoe een “normaal gezin” functioneerde. Ik vond het fijn om met kinderen om te gaan. De ouders probeerde ik zoveel mogelijk te vermijden. Zodra zij thuiskwamen, wilde ik naar huis. Het contact met hen verliep steeds beter. Zij nodigden me regelmatig uit om voor het oppassen, bij hen mee te eten. Dit ging een hele tijd goed totdat er tijdens het eten een ruzie ontstond.  Ik was ervan overtuigd dat het uit de hand zou lopen. Ruzie betekende automatisch mishandeling. Tot mijn verbazing gebeurde er helemaal niets.  Ik was helemaal in de war en werd er letterlijk ziek van.  Ik was niet meer in staat om op te passen. Toen ik naar huis liep, sloeg de twijfel toe. De ouders hadden natuurlijk gewacht, totdat ik weg was. Misschien had ik beter kunnen blijven om te voorkomen dat de kinderen mishandeld zouden worden. Ik kon me niet voorstellen dat er gezinnen waren, waar geen mishandeling plaatsvond. Dit was de realiteit waarin ik leefde.

Jarenlang heb ik in angst geleefd. Ik durfde de straat niet op omdat ik bang was om de daders tegen te komen, met alle gevolgen van dien. Over mijn verleden sprak ik met niemand. Dit was niet alleen uit angst. Doordat ik gebukt ging onder schaamte en schuldgevoelens, nam ik mijn ouders/verzorgers in bescherming. Ik wilde namelijk niemand in een kwaad daglicht zetten. Inmiddels weet ik dat deze gedachtegang niet klopt. Ik hoef me niet schuldig te voelen voor de dingen die ons zijn aangedaan. Wanneer kinderen worden mishandeld en/of misbruikt dan ligt dit ten alle tijden aan de ouders en niet aan de kinderen. Uit ervaring weet ik dat kinderen je soms het bloed onder je nagels vandaan kunnen halen. Maar wat er ook gebeurt, er bestaat geen enkele reden om kindermishandeling te rechtvaardigen. Het gevoel van schaamte zal nooit helemaal verdwijnen. Wanneer ik er rationeel naar kijk, weet ik dat niet ík maar de daders zich heel erg diep zouden moeten schamen.

Angst voor de daders zal ook nooit helemaal verdwijnen. Daders die echt naar ons op zoek gaan, zullen ons, hoe dan ook, vinden. Het heeft geen enkele zin om als kluizenaars te leven. Door als kluizenaar te blijven leven en te zwijgen over het verleden, blijven de daders macht uitoefenen over ons leven. Deze macht nemen we terug in eigen hand door met de waarheid naar buiten te treden.

Mirte&Co

2 Replies to “Een persoonlijke reden is best ingewikkeld…”

  1. Een verhaal dat raakt, van begin tot eind. Wat zijn jullie dapper Mirte, toch steeds maar doorgegaan al de vele jaren. En nu – anno 2018 – volop in je hersteltraject. En wat doen jullie dat goed. Zien jullie al licht aan het eind van de tunnel ? Wordt het leven beter leefbaar ? Kunnen jullie het verleden een plekje geven en daarnaast zo gelukkig mogelijk zijn in het heden ? Je gezinssituatie van nu lijkt me – als ik dat steeds lees in je blogs – zo’n warm en veilig nest. Zo belangrijk !

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.